Er even tussenuit gaan en je Veluwse roots verlaten om naar een Waddeneiland te gaan is altijd een goed idee. Al is het maar voor een dag of twee. Texel is al jarenlang mijn favoriete bestemming voor een weekendje weg: het eiland is eenvoudig bereikbaar met de boot vanuit Den Helder en heeft een groot aantal prachtige wandelroutes. Een deel hiervan loopt door het nationale park Duinen van Texel.
De slogan op de website van het nationale park luidt: “Adembenemend mooi. Ontdek het zelf.” Dat ga ik doen tijdens de 15 kilometer lange wandeling “Duinen van Texel”. Deze route is uitgezet door boswachter Erik van Staatsbosbeheer en voert je door het noordelijke deel van het nationale park, van De Cocksdorp naar Ecomare.
Het klimbos in
Het leuke aan Texel vind ik dat je er een enorme diversiteit aan landschappen vindt. Niet alleen zee en duinen, maar ook bossen en weiden, evenals prachtige natte gebieden waar het barst van de (trek)vogels. Vanuit het startpunt in De Cocksdorp loop je vrijwel meteen het Krimbos in en kom je langs de golfbaan. Al na enkele kilometers ga je via een klinkerpaadje de duinen in. Je eerste verscheidenheid in landschappen heb je al direct te pakken.
De Slufter
Een van de meest indrukwekkende plekken van Texel is De Slufter, een natuurgebied dat in verbinding staat met de Noordzee. Het is niet uitzonderlijk dat De Slufter na een storm volledig onder water staat. Bij aankomst op het fietspad kijk je uit over het noordelijke deel van De Slufter en de Eierlandpolder, het contrast kan bijna niet groter zijn! Je laat zodra je je weg vervolgt De Slufter aan je rechterhand liggen en vervolgt je weg naar het zuiden, richting de Zanddijk. Ben je in het juiste seizoen, dan kun je hier ook prachtige vogels spotten, verrekijker mee in de rugzak dus!
De Muy
De Muy is je volgende bestemming, in dit jonge duingebied kon men in tegenstelling tot De Slufter wel een stuk land inpolderen. De Muy wordt door een dijk gescheiden van De Slufter en de duinen zijn op sommige plekken ontzettend steil. Wil je je conditie trainen? Ren dan een paar keer een duin op en af. Wil je nog wat extra hoogtemeters maken? Ga dan naar het uitzichtspunt van Bertusnol. Een “nol” is de Noord-Hollandse naam voor duin, oftewel de Duin van Bertus dus. Net voordat je bij De Koog aan komt stap je het brede strand op. Het uitwaaien kan nu echt beginnen! Wie weet spot je wel zeehonden in het water of op het strand!
Het strand van De Koog
Je laat het drukke De Koog voor het wat het is en loopt ongeveer twee kilometer over het prachtige brede zandstrand, hier kun je heerlijk uitwaaien en je eigen route maken. Wil je een terrasje pakken of ergens lunchen, onderbreek de wandeling dan even want in De Koog zijn voldoende mogelijkheden voor een pauze of plof neer bij een van de strandtenten.
Uiteindelijk verlaat je het strand en wandel je het bos van De Koog in. Dit bos werd ongeveer 100 jaar geleden aangeplant om het dorp te beschermen tegen de wind en dus is het een natuurlijk windscherm. Aan het “einde” van het bos ligt het bezoekerscentrum van het nationale park Duinen van Texel en het vogel- en zeehondenopvangcentrum Ecomare, beiden zeker een bezoek waard.
Handig om te weten
Zowel het begin als het einde van de wandelroute zijn bereikbaar met het openbaar vervoer. Onderweg zijn verschillende horeca gelegenheden. De routebeschrijving van deze wandeling is te vinden op de website van Staatsbosbeheer.
Alhoewel je deze wandeling in alle seizoenen kunt maken, zijn het voor- en najaar de beste periodes. In de zomermaanden is het meestal vrij druk en kun je De Koog beter vermijden. In de winter is het koud en vaak stormachtig op het strand.
Tekst en beeld zijn van Antonette van We12Travel en met haar toestemming op onze blog geplaatst.